Het lot en een eigen wil

 Het lot en een eigen wil


Ik ben allesbehalve een genie, maar had genoeg vermogen om naar het hoger onderwijs te gaan. Maar het was (tot nu toe in ieder geval) niet mijn bestemming weet ik nu. De acceptatie van mijn lot en de zoektocht naar en toe-eigening van een eigen wil was een hobbelige en een lange tocht. 


Ik maakte de Cito toets heel goed. Ik ging naar de havo-vwo brugklas. In de derde klas havo kregen we uitleg over beroepen die je later als je groot was kon gaan uitoefenen. Ik was echt een kind nog en had geen flauw idee wat ik later wilde worden. Ik had zelfs geen idee wat nou mijn specifieke interesses waren. Ik was goed in Muziek, Gym en Engels, dat was het wel zo’n beetje. 


Mijn vader werkte in het bedrijfsleven als zakenman. Hij had na zijn middelbare school de avondhandelsschool gedaan. Het is niet gek dat je als jonge zoon je vader als grote voorbeeld hebt, dus door zijn voorbeeld (overigens zonder dat hij mij daartoe aanspoorde) koos ik voor mijn vakkenpakket het vak Handelswetenschappen. Op dat moment was ik nog wat ze in de Sociologische stratificatie noemen een kansrijke jongere. In havo vier bleek dat Handel een vak was dat totaal niet bij mij paste. Ik haalde er steevast een vier voor. Misschien was de keuze voor dit vak wel de eerste verkeerde beslissing in mijn leven geweest. Het was de hoofdreden dat ik de middelbare school na vijf jaar moest verlaten met een mavo-diploma en geen havo-diploma, om dat ik naast de vier voor Handel nog een vijf voor Wiskunde en Duits had. 


In de vierde gingen mijn cijfers dus achteruit, omdat ik onder grote zorgen zat wegens mijn thuissituatie. Mijn ouders lagen namelijk in scheiding. Mijn vader was werkloos geraakt en zat hele dagen thuis. De sfeer was zeer gespannen. Mijn ouders wilden dat ik kon gaan studeren, maar twee ruziënde ouders wat uitliep op een scheiding heeft natuurlijk grote impact op mij gehad. Ik raakte ongemotiveerd op school. Mijn cijfers holden achteruit en werden ondermaats. Dat was de andere reden dat ik mijn havo-diploma niet heb gehaald. 


Werken


Die zomer werd ik zeventien en wist niet of ik verder wilde met school. Dan moet je gaan werken zei mijn moeder. Dus ben ik naar een uitzendbureau gegaan en werd op gesprek uitgenodigd voor een baan als magazijnmedewerker. Ik werd aangenomen en ging fulltime aan de slag. 


Op zich was ik blij om te werken. Het was een nieuw hoofdstuk en 'a breath of fresh air'. Het was een bedrijf in de muziekbranche en als groot muziekliefhebber voelde ik mij daar als een vis in het water. Maar intellectueel was het nou niet bepaald een uitdaging. Ik naderde de leeftijd van achttien jaar en nog immer wist ik niet wat ik wilde worden als ik later groot was. Maar mijn persoonlijke interesses kwamen toen wel bovendrijven. Ik ontdekte de literatuur, de filosofie en de psychologie. Ik ging veel lezen en veel schrijven. Ik deed aan zelfonderzoek en probeerde te achterhalen wat ik nou met mijn toekomst aanmoest. Van mijn moeder kreeg ik het boek Keuzes maken in je leven. Gaat het bij jou niet om de vraag hoe je het doet, maar wat je wilt? Dan is dit een boek voor jou… 


Een vriend van mij kwam met een plan om samen feesten te gaan organiseren. Daar liep ik warm voor. Ik schafte draaitafels aan en werd DJ naast mijn werk als arbeider. Het werd een groot succes en we verdienden zelfs geld. Zo was ik voor die fase in mijn leven toch goed terecht gekomen. Ik deed mijn plicht door fulltime te werken en in de weekenden gaven mijn vriend en ik feesten. 


Helaas, na drie jaar werkzaam geweest te zijn ging mijn werkgever failliet. Ik kwam zonder werk te zitten. En mijn vriend stopte met ons eigen bedrijfje van de feesten omdat hij ging studeren. Oef. Ik moest WW aanvragen en kreeg van mijn vader op het hart gedrukt dat ik zo snel mogelijk weer werk moest vinden. Je wilt niet in de bijstand terecht komen, zei hij, want daar kom je maar heel moeilijk weer uit.


En toen wist ik het: journalistiek!


Deze periode ging ik dagelijks het zesuur journaal en ‘s avonds naar Barend en Van Dorp kijken. Ik was fan van Boudewijn Büch en het was de opkomst van Pim Fortuyn. Toen kwam nine eleven. En opeens wist ik voor het eerst in mijn leven wat ik wilde worden: journalist! Ik ging naar Utrecht om deel te nemen aan de decentrale selectietoets. Journalistiek was een mateloos populaire studie, dus vond er een selectie plaats voor de schaarse honderd plaatsen die te vergeven waren. Er waren negenhonderd deelnemers en ik eindigde op plaats 148. Ik werd dus uitgeloot, helaas. Wat ik mij echter helemaal niet realiseerde was dat, ook al was ik ingeloot geweest, ik geen havo-diploma had, wat wel een vereiste was. Dus ik was sowieso nooit toegelaten. Het was hoe dan ook een flinke domper dat ik niet kon gaan studeren.


Er zat niets anders op dan weer werk te zoeken. Na een drietal baantjes die geen voldoening opleverde, kwam ik op aanraden van vrienden terecht bij Heuga tapijten. Daar kon je lekker verdienen was het argument. En daar was ik gevoelig voor. Maar dat was de volgende verkeerde keuze van me. Het was een baan als fabrieksarbeider en nota bene in ploegendienst. Met een ochtend, middag en nachtdienst in een werkomgeving van grote machines en stinkende bitumen. De meeste collega’s waren Marokkanen van de eerste en tweede generatie, waarvan een aanzienlijk deel analfabeet was. Veel andere collega’s zaten ook op randje beperking zal ik maar zeggen. Op één van de nachtdiensten zat ik in de kantine aan de walgelijk vieze automaat koffie en speelde Sky radio het nummer Nightshift van de Commodors. Ik hoorde ze zingen: "Gonna be some sweet sounds, coming down on the nightshift. It’s gonna be a long night, it's gonna be allright, on the nightshift." Ik werd emotioneel. Ik dacht is dit nu mijn lot? Een fabrieksarbeider die in nachtdiensten aan de lopende band staat tapijttegels om te wippen? Dit kon niet waar zijn.


Mijn werk voelde als moeten, niet als willen. En dan was het zwaar. 


Ik heb het zeven maanden volgehouden, maar moest echt wat anders gaan doen. Mijn moeder bedacht toen waarom ga je niet bij de posterijen werken? Dat leek mij een goed idee en voor ik het wist had ik al een baan gescoord bij TPG Post. Fulltime. Postbode was toen nog een volwaardig beroep en je kon er een hypotheek mee krijgen voor een huis en een gezin onderhouden. Ik bleek het erg leuk werk te vinden. En heb het daarom bijna vier jaar gedaan. Ondertussen dacht ik wel telkens van wat wil ik nou gaan studeren? Ik had zelfs wel de ambitie om naar de universiteit te gaan. Maar hoe doe ik dat, terwijl ik fulltime moet werken?


Weer mijn baan kwijt


Ik zat telkens maar in een zwart-witdenken. Of werken of studeren, dat waren de opties dacht ik. In het jaar 2005, ik zat toen rond mijn vijfentwintigste verjaardag, ging TPG Post drastisch reorganiseren. Er zouden ontslagen vallen en de functie van postbode zou opgesplitst worden in postsorteerders en postbezorgers. Fulltime banen verdwenen. Wij postbodes werden aangespoord om te vertrekken en dat werd met een vertrekpremie aantrekkelijk gemaakt. Ik liep al een tijdje met de ambitie om een roman te gaan schrijven en met deze vertrekpremie was ik verzekerd van een flink bedrag waarmee ik het een tijdje kon uitzingen om te kunnen schrijven aan mijn boek. Dus heb ik de vertrekpremie aangenomen en ben bij de post vertrokken. 


Die zomer deed ik tevergeefse pogingen een roman te produceren. Dat werd niks. Een vriend van mij zei waarom ga je niet de havo op de avondschool voor volwassenen doen? Maar dat advies was aan dovemansoren gericht, want ik had een list verzonnen. Er was een hbo-opleiding in het vak psychologie waarvoor je geen havo-diploma nodig had maar alleen een intakegesprek hoefde te voeren. Deze opleiding leverde geen geaccrediteerde diploma’s af, maar daar zat ik helemaal niet mee. In september begon ik met de opleiding. Zo kon ik toch mijn studiepad voortzetten en ik dacht dat later werken als professioneel hulpverlener wel een beroep was dat goed bij mij zou passen. 


Naar de GGZ


Die november 2005 maakte ik een traumatische gebeurtenis mee die van grote impact op mijn leven zou zijn. Mijn oudere broer pleegde zelfmoord. Van die schok werd ik volledig uit het lood geslagen. Binnen een dag was ik psychotisch. Volstrekt in de war. Ik werd via de huisarts naar de crisisdienst van de GGZ verwezen. Ik moest mijn opleiding toen afbreken en kwam in een hulptraject terecht. 


Mijn hulpverlener opperde nadat ik maanden later weer een beetje de oude werd het idee om een mbo-opleiding te gaan doen. Dat zag ik aanvankelijk helemaal niet zitten. Ik zag het als een belediging van mijn intelligentie. Het was echter juist een heel slim idee om de mbo te gaan doen, waarna ik alsnog naar de hbo zou kunnen doorstromen en wie weet zelfs met een hbo propedeuse door naar de universiteit. In 2006 was ik al negen jaar van de havo af en nooit was dat idee in mij opgekomen of had iemand mij verteld dat dat ook tot de opties behoorde. 


Aldus nam ik het advies van mijn hulpverlener aan en ging naar het mbo. Naast één schooldag in de week ging ik vier dagen stage lopen. Toch weer fulltime aan de bak. Maar een zware psychose te verwerken krijgen komt niet zonder consequenties. Mijn hulpverlener hoopte dat mijn psychose eenmalig was omdat er zo’n duidelijke, begrijpelijke aanleiding was geweest, maar dat bleek niet het geval. Na een maand of acht, negen in mijn opleiding mocht ik stoppen met mijn medicatie maar helaas kreeg ik toen een terugval. Weer psychotisch. Ik moest andermaal mijn opleiding stopzetten. En kwam weer in een therapie en een hersteltraject terecht. 


De bibliotheek


Uitkomst van dat hersteltraject inclusief een periode van een jaar vrijwilligersstages was dat ik nu weer wist wat ik wilde. Ik wilde bibliotheekmedewerker worden. Dus ging ik wederom naar het mbo. Dit keer was het wel een succes en met vier achten, drie negens en één zes min (voor ict) behaalde ik twee jaar later mijn mbo-4 diploma. Ik vond een stageplek bij De Bibliotheek Eemland en kreeg daarna een contract. Na drie jaar promoveerde ik tot projectleider van de VoorleesExpress. Ik mocht eigenhandig het project in Amersfoort opzetten en dat werd een doorslaand succes. Na twee jaar als projectleider was het project volwassen en een beetje te groot voor mijn doen. Mijn werkgever liet mij weten dat ze ondanks het succes mijn contract niet gingen verlengen. Ik had mij echter met bloed, zweet en tranen ingezet voor het project en voelde mij behoorlijk genomen. Ik moest in de wetenschap dat ze voor mij een vervanger gingen zoeken nog vele maanden doorwerken en dat bezorgde mij toenemende stress en afnemende motivatie. Ik was weer fulltime werkende en terwijl ik langzaam overwerkt raakte en de psychotische symptomen terugkeerden, heb ik ternauwernood nog de overdracht kunnen doen naar mijn opvolger. 


Voor een derde maal in tien jaar tijd zat ik bij mijn inmiddels vertrouwde hulpverlener van de GGZ en zat ik zonder werk. Inmiddels was ik allang voor tachtig procent arbeidsongeschikt verklaard, maar met mijn baan bij de bibliotheek wilde ik bewijzen dat ik kon herstellen en weer volledig kon werken. De wil om te werken zit me in de genen. Mijn vaders lijn van de familie waren allemaal harde werkers. Mijn overgrootvader heeft zijn hele leven gewerkt als losse arbeider in Rotterdam, meestal als sjouwer. Mijn opa werkte in de Rotterdamse haven eerst als kraanmachinist en daarna als persmachinist. En mijn vader is na zijn middelbare schooltijd als eerste bediende bij Unilever in dienst gegaan. Tot aan zijn pensioen heeft hij gewerkt, zij het dat hij een aantal jaar tegen zijn wens werkloos is geweest. 


En ik volgde dus in die lijn van de familie Baars. Mijn overgrootvader en grootvader hadden geeneens middelbare school gehad. Mijn vader ging na de mulo meteen aan de slag en doorleren in de avonduren. En ook ik ging dus na de middelbare school meteen aan de slag. Ik wilde mijn verantwoordelijkheid dragen. Er speelden echter bij mij dus twee complexe factoren mee: Het eerste was dat ik meer leerambities had. Ik had en heb een grote intellectuele belangstelling. Het tweede was dat ik door een geopenbaarde psychotische stoornis grotendeels arbeidsongeschikt ben geraakt. Dus nu wist ik het allemaal even niet meer zo goed. 


Waar is de vrije wil?


Ik verloor mijn geloof in de vrije wil. Mijn zwart-witdenken leidde ertoe dat het of het één of het ander was. Als er geen vrije wil was, dan was alles gedetermineerd. Het lot, stomme keuzes en verkeerde adviezen hadden mij niet hogerop geholpen. Mijn ouders scheiding en het verkeerde vak in mijn vakkenpakket kiezen hadden mij mijn havo-diploma gekost. Het uitblijven van het juiste studieadvies en mijn koppigheid hadden ervoor gezorgd dat het negen jaar duurde voordat tot mij doordrong dat ik via het mbo ook naar de hbo kon gaan. De plotselinge dood van mijn broer openbaarde een psychotische stoornis en gedeeltelijke arbeidsongeschiktheid, die ervoor zorgde dat de hbo zinloos werd omdat je daar opgeleid wordt tot professional en ik niet meer op dat niveau kon functioneren. Zowel fulltime studeren als fulltime werken was 'out of the question' en parttime werken alleen nog op lager niveau. Waar ik behoefte aan had was filosofische wijsheid. 


Hogeschool voor Toegepaste Filosofie


Ik schreef mij in bij de Hogeschool voor Toegepaste Filosofie. Niet meer met de ambitie om opgeleid te worden tot professional, maar voor wijsheid, persoonsvorming en autonomie. Dat heb ik een jaar gedaan en daar ben ik echt mee vooruit geholpen. Ik volgde colleges van briljante filosofen als Sjoerd Slagter en Joep Dohmen. Die laatste plantte het zaadje bij mij van een middenweg tussen determinisme en vrije wil: Het compatibilisme. Het compatibilisme is een vereniging tussen de twee schijnbaar tegenstrijdige concepten. Ze kunnen samen naast elkaar bestaan. Het stelt dat je ondanks dat alles in de natuur vooraf bepaald is (determinisme), je toch vrij kunt handelen en moreel verantwoordelijk kunt zijn, zolang je handelt volgens je eigen motivaties en niet gedwongen wordt. Joep Dohmen schreef in zijn magnum opus erbij dat je dus een zekere vrijheid hebt, maar dat je wel een speelruimte hebt die je gegeven wordt en je binnen dat kader moet opereren. Dat gold voor mij dus ook. Ik ben beperkt in mijn mogelijkheden, maar daarbinnen is er een speelveld waarmee ik vrij kan handelen. 


Ik bezocht een keer een paranormale beurs waar ik aan een waarzegger heb gevraagd: Wat moet ik doen, werken of studeren? Allebei, zei ze. Ze had gelijk!


Het was niet mijn lot om journalist te worden, romanschrijver of professional of academicus in het een of ander. Ik ben weer teruggekeerd bij PostNl als parttime postbezorger, wat ik nu alweer bijna drie jaar doe. Doordat ik parttime werk, houd ik vrije tijd over die ik vrij kan besteden. Ik ben altijd door blijven gaan met schrijven. Eerst een autobiografie die ik in eigen beheer heb gehouden. En ik heb een blog waarin ik schrijf over psychiatrie, filosofie, de letteren en politiek. Inmiddels wordt die blog best goed gelezen. Ik lees twee kranten en veel, heel veel boeken. Daarnaast staat de Open Universiteit tot mijn beschikking, waar ik van tijd tot tijd een cursus volg. Zo heb ik toch een beetje de universiteit bereikt zogezegd, al heb ik niet de behoefte meer om er een diploma te behalen. Mijn intellectuele honger wordt gestild. In de combinatie van werk en ontwikkeling ligt de sleutel voor mij tot een vervuld bestaan. Ik heb dit als een eigen wil toegeëigend. De kern wordt gevormd door werk, gezinsleven, zorg en huishouden. En daarbij in beperkte vrijheid een leven lang leren. 


En het hoger onderwijs? Wie weet wat de toekomst brengt?


Aanbevolen literatuur: 


Johan Wolfgang Goethe - Wilhelm Meisters lehrjahre


Wilhelm Meisters lehrjahre is een Bildungsroman (een ontwikkelingsroman), die beschrijft hoe het hoofdpersonage, door ervaringen, fouten en maatschappelijke interacties leert zijn eigen weg te vinden en te kiezen, van een passieve dromer naar een zelfstandig individu, met een eigen, zelfgekozen roeping en identiteit, waarbij de roman de spanning tussen innerlijke drang en externe beperkingen verkent. 


Ian McEwan - Lessen


De hoofdpersoon Roland Baines wordt naar een kostschool gestuurd en trekt de aandacht van zijn pianolerares waarmee hij een verhouding krijgt. De roman beschrijft ruim zeventig jaar waarin de consequenties van die verhouding zichtbaar worden. Als later in zijn leven zijn vrouw plotsklaps verdwenen is en hij met hun vier maanden oude zoontje achterblijft, gaat Roland niet alleen op zoek naar haar, maar ook naar het waarom van zijn rusteloze bestaan. Gemiste kansen, verloren liefdes, muziek, vrienden, familie, literatuur, seks en politiek, alles komt voorbij.


Peter Bieri - Het handwerk van de vrijheid


Ontdek de vrijheid die we hebben - of we die willen of niet

Wat betekent het voor een mens om vrij te zijn? Hoe vrij is onze wil? Betekent het dat we onvrij zijn wanneer onze levensgeschiedenis met alle daarbij behorende toevalligheden onze wil bepaald? Van welke vrijheid gaan wij uit als wij anderen moreel beoordelen? En waarom is onze wilsvrijheid zo belangrijk? Met deze vragen houdt Peter Bieri zich in dit boek bezig. 






Reacties

Populaire posts van deze blog

Psychose gevoeligheid: wat is het? En ja, herstel is mogelijk

Dit is mijn natuurfilosofie. Herziene editie

Mijn kritiek op ‘Het multiculturele drama’ van Paul Scheffer